dinsdag, maart 10, 2009

Comfort fietspaden in Vlaanderen te laag

Het fietscomfort op Vlaamse fietspaden laat te wensen over. Dat blijkt uit een onderzoek van meer dan 1.400 kilometer fietspad in 31 gemeenten dat de Fietsersbond uitvoerde met behulp van een door de KUL ontwikkelde meetfiets.

Het trillingscomfort haalt net geen 5 op10, de breedte van het fietspad 5,2 op 10 en de afstand ten opzichte van de rijbaan 6,5 op 10. Naast aanleg van nieuwe fietspaden is er volgens de bond dus ook nood aan de opwaardering van de oude.

Er bestaat een groot verschil tussen de onderzochte steden en gemeenten. De globale scores op de drie onderzochte criteria variëren van 1,5 op 10 tot 8 op 10. Koksijde, Waregem, Overijse en Ninove scoren globaal genomen het best.

Lebbeke, Huldenberg, Wemmel en Hove het slechtst. Gewestelijke fietspaden scoren gemiddeld op trillingscomfort en buffer iets hoger dan gemeentelijke fietspaden.

Oorzaken

De slechte scores voor de breedte van het fietspad en de buffer zijn voor een deel te wijten aan onze Vlaamse ruimtelijke ordening, maar voor de slechte trillingscomfortscores bestaan er volgens de Fietsersbond geen verzachtende omstandigheden. Bij 13 van de 31 gemeenten haalt meer dan 50 procent van de totale fietsinfrastructuur voor dit criterium nog geen 5 op 10. In sommige gemeenten loopt dit op tot 80 of 90 procent.

26 procent van de onderzocht fietspaden werd aangelegd of heraangelegd in de loop van de laatste 6 tot 8 jaar. Ook hier zijn de verschillen tussen de gemeenten zeer groot. Ook voor de nieuwe fietspaden worden grote verschillen op vlak van kwaliteit genoteerd. De globale score voor trillingscomfort bedraagt slechts 6,6 op 10, wat voor recente fietspaden volgens de Fietsersbond onaanvaardbaar laag is. Asfalt (8,2 op 10) scoort als oppervlaktelaag het best op vlak van comfort, cementbeton (6,5 op 10) veel minder, klinkers en tegels slechts 5,3 en 5,6 op 10.

Verbetering

De Fietsersbond vroeg bij de voorstelling van de studie extra middelen voor de verbetering van de oude fietsinfrastructuur. Er dient tevens een vlakheidsnorm voor fietspaden te worden ingevoerd, die een vlakheid garandeert gelijk aan deze voor primaire wegen. In 85 tot 90 procent van de gevallen is de trillingscomfortscore van het fietspad lager dan die van de parallelle rijweg.

Er moeten ook normen worden ingevoerd voor de overgang tussen fietspad en rijbaan. De subsidiëring van fietspaden dient gelinkt te worden aan de toepassing van deze richtlijnen, meent de Fietsersbond. Daarnaast moet werk gemaakt worden van een globaal meetsysteem.